Tweetalige opvoeding

Vanaf haar geboorte voeden we Sofia tweetalig op. De voertaal in het gezin is Nederlands aangezien we in Nederland (Zwolle) wonen, maar in 1 op 1 situaties spreken moeder en dochter Russisch.

We hebben dat heel stringent vol gehouden en dat is moeilijker dan je wellicht denkt. Maar het resultaat is er naar: Sofia is nu net zeven en spreekt, leest en schrijft zowel Nederlands als Russisch (en spreekt een beetje Engels en Duits).

Voor dat Russisch hebben we veel gedaan. We zijn op zoek gegaan naar andere gezinnen met dezelfde situatie. En die vonden we in Enschede, Zwolle en Nijmegen. We zoeken elkaar regelmatig op en met onze vrienden in Enschede (en diverse ander thuisonderwijs-gezinnen) bezoeken we geregeld evenementen, musea en natuurgebieden (op zoek naar paddestoelen).

Aangezien Sofia in de samenleving en bij vrienden en familie (oma, oom & tante, neefje, etc) in Nederland veel geconfronteerd wordt met de Nederlandse taal (goh), hebben we er voor gekozen om de invulling van specifieke kennisgebieden in het Russisch te doen. Zo hebben we een Russische docent voor pianoles en een Russische docente voor kunstgeschiedenis.

Onderdeel van de Russische opvoeding is een gemende Russisch/Nederlandse cultuur thuis, maar zijn de ook regelmatige vakanties naar gebieden waar Russisch gesproken wordt: Rusland, Wit-Rusland, Baltische Staten, Finland en Israël. Voor Sofia zijn dat extra vaderlanden, omdat ze daar ‘gewoon’ met iedereen mee kan doen. Ze kan praten met een taxi-chauffeur, afdingen op de markt en spelen met kinderen waar ze die ook maar tegen komt: veerboten, musea, op straat, in de metro en noem maar op.

Een onderschat voordeel is de open mind die zo’n kind daardoor meekrijgt. In Rusland leven bijvoorbeeld ruim 100 etnische groeperingen. Die komen uit alle windstreken van de voormalige USSR, dus van Siberië tot het Russisch grensgebied met Mongolië en van Oezbekistan tot Turkmenistan. Voor Sofia zijn dat allemaal gewone mensen die haar taal spreken, niet meer en niet minder.